Bio-energie toch niet zo duurzaam als het lijkt?

Hoe contradictorisch het ook zou mogen klinken. Houtkap voor de opwekking van bio-energie zou gedurende de eerste tientallen jaren zorgen voor een stijging qua uitstoot aan CO2-gassen vooraleer er sprake is van een daling. Zo blijkt althans uit de analyse ‘Climate effects of wood for bioenergy’ van PBL in samenwerking met Alterra Wageningen UR. Volgens de cijfers zou het tot wel honderd jaar kunnen duren vooraleer er een daling merkbaar is.

Wat is Bio-Energie?

Dat fossiele brandstoffen meer gemeden moeten worden, is al enige tijd geweten. Aardolie, aardgas en kolen zijn verantwoordelijk voor bijna alle uitstoot aan broeikasgassen. Deze hoge uitstoot in combinatie met de uitputbaarheid, maken van ‘schone’ of hernieuwbare energie een must. Eén van deze hernieuwbare energiebronnen is de houtkap voor bio-energie. Hernieuwbare energiebronnen leveren na omzetting elektriciteit, warmte of brandstof. Gekoppeld aan een rationeel verbruik kunnen ze het gebruik van klassieke brandstoffen verminderen en bijgevolg dus ook de milieueffecten doen dalen. Echter zorgt de verbranding van deze houtblokken, idem als klassieke verbrandingen, voor een CO2-uitstoot. Een geleidelijke afbraak in het bos zou voor minder of nagenoeg geen uitstoot zorgen. Daarnaast is ook het rendement van hernieuwbare energie vaak lager dan die van klassieke brandstoffen. Er zou dus meer hout verbrandt moeten worden binnen een proces van schone energie voor hetzelfde resultaat van minder fossiele brandstoffen.

Het PBL (PlanBureau voor de Leefomgeving) stelt dat de CO2 doelstellingen voor 2020 en 2050 bereiken moeilijker wordt als de houtkap gaat toenemen voor de opwekking van bio-energie. Een combinatie van verschillende factoren zou volgens de analyse zorgen dat het tientallen jaren kan duren vooraleer er effectief een daling is qua uitstoot.  Rest- en afvalhout zou minder voor deze ongemakken zorgen. Een mogelijke oplossing zou dus zijn om het gekapte hout eerst toe te passen als bouw- of productiemateriaal, om het nadien in het verwerkingsproces te gebruiken als medium voor bio-energie. Het daadwerkelijke effect op de hoeveelheid CO2 in de lucht hangt dus grotendeels af van wat er anders met het hout zou zijn gebeurd. Mocht het hout achtergebleven zijn in het bos, dan zou deze langzaam zijn beginnen wegrotten. Dit rottingsproces is op zijn beurt dan weer goed voor de biodiversiteit en bodemkwaliteit.