Belgische ondernemingen betalen te veel voor hun energie

Het gemiddelde Belgische bedrijf betaalt anno april 2016 15 à 40% meer aan energie dan een gemiddeld bedrijf in een buurland. Op die manier hebben Belgische bedrijven te kampen met een handicap wat betreft onderlinge concurrentie. Vooral de belasting op energieverbruik blijkt zowel in Vlaanderen als Wallonië een stevige hap uit het ondernemingsbudget te nemen.

Zo blijkt althans uit een analyse van Deloitte in opdracht van Febeliec. De analyse maakte een onderscheid tussen de energieprijzen in Vlaanderen en Wallonië. Het gemiddelde bedrijf betaalt respectievelijk in Vlaanderen en Wallonië 6 tot 11 EUR en 7 tot 18 EUR meer per megawattuur (MWh). “Voor energie-intensieve bedrijven loopt de meerkost in de miljoenen euro per jaar, een handicap die in de huidige scherpe concurrentie niet te compenseren valt”, aldus Febeliec.
Febeliec verwijst daarbij naar Unilin, een bedrijf dat zelf de prijsverschillen ervaart. Unilin beschikt immers over zowel vestigingen in Vlaanderen, Wallonië als Frankrijk , waardoor het perfect de onderlinge resultaten kan vergelijken. “In onze Vlaamse fabriek ligt de elektriciteitskost 37% hoger en in onze Waalse 45% hoger dan in onze Franse fabriek. De regering doet heel veel inspanningen om de loonkost aan te pakken, maar die inspanningen worden dubbel en dik teniet gedaan door de hogere energiekost,” Aldus Benard Thiers van Unilin.

Verschil 2015 – 2016

Volgens de onderzoekers was het verschil vorig jaar nog groter, aangezien er toen een tekort was aan opgewekte energie bij de kerncentrales. Ook invoer uit buurlanden kon maar deels aan de vraag naar energie beantwoorden. Naar het einde van het jaar en zeker met de heropstart van de kerncentrales, evolueerden de Belgische prijzen van energie richting de gemiddelde prijzen van buurlanden. Bedrijven sluiten evenwel energiecontracten af op jaarbasis, waardoor ze in se gebonden zijn voor een jaar aan dezelfde energieleverancier en –tarief. Bedrijven die dus vorig jaar hun contract hernieuwden, slepen op die manier nog meerdere maanden een historische schuldenlast mee.

Steunmaatregelen buurlanden

In buurlanden blijkt de (federale/regionale) overheid forse kortingen te geven aan ondernemingen, soms tot wel 90%. Vooral grote, stabiele afnemers kunnen genieten van deze voordeeltarieven. “De overgrote meerderheid van onze leden heeft eenzelfde profiel, waardoor wij vragen dat in ons land aan hen dezelfde kortingen geboden zouden worden”, aldus Febeliec.

Febeliec oppert daarom voor de introductie van een energie-norm. Bij een dergelijke energie-norm wordt het tarief van energie vastgesteld in verhouding tot de prijsevoluties van buurlanden. “Indien de elektriciteitskost in België hoger ligt dan in de buurlanden, moeten de verschillende bevoegde overheden maatregelen treffen om de competitiviteit van onze industrie te herstellen,” aldus Febeliec. Ook VOKA (Het Vlaams netwerk voor ondernemingen) ijvert voor de introductie van een energienorm. “Meten is weten”, stelt gedelegeerd bestuurder van VOKA, Hans Maertens. “Grote industriële bedrijven moeten competitief zijn met het buitenland, zo niet is er een gigantisch probleem. Bij hen telt elke eurocent, voor hen is een aparte prijszetting nodig.”